Buiten
Lectoraat Art & Public Space begeleidt een aantal projecten tijdens De kunstvlaai 2006 in samenwerking met het Sandberg Instituut.
Chosroes
door Wouter Klein Velderman
Daar waar tijdelijk behoefte is aan professionele bedrijfsruimte, extra stalling, opslagcapaciteit of overkapping van werkterrein bieden de tentconstructies van firma De Boer uit Alkmaar een snelle en praktische oplossing. De Boer, semi-permanente accomodatie, staat voor snel en flexibel bouwen in iedere situatie. Op hun website garanderen zij binnen enkele dagen een ‘all weather’ ruimte te kunnen realiseren met een spanwijdte tot wel 45 meter.
Het Pantheon in Rome bestaat uit een betonnen koepel, met een centrale opening (oculus). De diameter van de koepel is gelijk aan de hoogte van de oculus: 43 meter. Het oorspronkelijke gebouw dateerde uit 27 v. Chr. en werd gebouwd onder het consulschap van Marcus Agrippa. In 80 n. Chr. werd het door brand verwoest om in 125 n. Chr. geheel herbouwd te worden onder keizer Hadrianus.
Als we de website van firma De Boer (1) mogen geloven, zouden we bij hen dus een bestelling kunnen plaatsen van een ruimte met dezelfde afmetingen als het Pantheon.
Al na enkele dagen zullen we de trotse huurder zijn van ons semi-permanente Pantheon. Het geheel zal voorzien zijn van een fotorealistisch bedrukt PVC-doek. De timpaan boven de entree, geproduceerd uit demontabele metalen delen, zal rusten op een fotorealistisch granieten zuil, terwijl de uit zeil gesneden oculus, in de top van de koepel, de lichtstralen in een bundel over de wanden sferisch laat voortbewegen.
In 1434 werd in Florence een kathedraal gebouwd die een grotere overspanning had dan het Pantheon, dit is het Santa Maria del Fiore en heeft een koepel met een diameter van 45 meter. Om tot de extra meters te komen heeft men een aantal ingenieuse oplossingen bedacht. Men besloot bijvoorbeeld een iets lichtere betonsoort te gebruiken in het bovenste gedeelte van de koepel, zodat op dit deel minder gewicht zou komen te staan met dezelfde hoeveelheid volume. Op deze manier bleven stijlkenmerken van het gebouw, namelijk kolossaal en gewichtig, ongewijzigd. Dat was belangrijk, want het doel van een kathedraal is het representeren van alle schoonheid en immense grootheid, waartoe het goddelijke in staat is.
Wanneer we een tijdslijn, die begint bij het Pantheon, 1881 jaren, via het Santa Maria del Fiore door laten lopen, brengt ons dit regelrecht bij de semi-permanente accomodatie van firma De Boer. Een herziene versie van het Pantheon door deze firma is net zo reusachtig in omvang, net zo prachtig in detail en zal in dezelfde mate een kroning van zijn tijd zijn . De evolutie van de gebruikte materialen sinds 125 n. Chr. tot nu is wegens voorbeelden als het Santa Maria del Fiore goed te begrijpen. Om deze reden zal naar mijn inzicht inhoudelijk een herziene versie van het Pantheon dezelfde waarde toebedeeld blijven. Ik heb dan ook aan De Boer voorgesteld het Pantheon toe te voegen aan hun collectie. Het kan dan worden ingezet bij feesten en partijen. Op deze manier krijgt het vernieuwde Pantheon in vele opzichten de functies van de oorspronkelijke versie weer terug, echter nu aangepast aan de huidige tijdsnormen.
En daar gaat het mis. Want hoewel in 1434 in Florence “huidige tijdsnormen” de vernieuwende architectuur niet ontdeden van hun status, kan dit in onze tijd wel snel het geval zijn. Vernieuwing wordt allang niet meer alleen toegepast om het goddelijke, immense en schone uit te beelden. Vernieuwing wordt nu vaak gelezen, zoals De Boer het omschrijft, als semi-permanent. Schoonhied geldt niet meer als doel van de hoge kunsten, schoonheid ligt binnen handbereik. Maar mogen we schoonheid in de kunst nog wel inzetten als ‘trigger’, als middel om de aanschouwer het kunstwerk binnen te doen treden?
Alle kunsten dagen het publiek in deze tijd uit tot actief meedoen, volgens Pauline Terreehorst. Dat is belangrijker dan de ervaring van schoonheid, compassie of identificatie. De kunstenaar brengt alleen structuur aan in de waanzin. De toeschouwer in de 21 e eeuw is daardoor altijd aan het werk. Terwijl een toeschouwer uit de eeuwen daarvoor een kunstwerk voornamelijk mooi of overweldigend kon vinden (2).
Het ‘Lentetapijt van Chosroes’ was een tapijt dat koning Chosroes I van Perzië (531-579 n. Chr.) liet maken om zijn verovering van zuidelijk Arabië te vieren. Het tapijt was rijkelijk voorzien van juwelen, kostbare stenen en gouddraad, deze verbeeldden vruchten, bloemen en fonteinen. Toen de Sassanidische Perzen door Arabische invallers verslagen werden tijdens de Slag van Ctesiphon in 641, werd het Lentetapijt als een van de grote schatten van het koninklijk Paleis als oorlogsbuit vernietigd.
Dit tapijt, dat maar zo kort bestaan heeft, is de geschiedenis ingegaan als een mythisch tapijt. Het is een tapijt waar veel over geschreven is, enerzijds door zijn overweldigende afmetingen en prachtige motieven en voorstellingen, anderzijds wegens zijn rol als tapijt dat vooraan stond bij de opkomst van de Islam. Het is een tapijt dus, dat zowel esthetisch als inhoudelijk, een grote lading draagt.
Ik heb een herinterpretatie gemaakt van het ‘Lentetapijt van Chosroes’. Vervolgens heb ik het tapijt gepresenteerd in een stadspark (3). In plaats van wol te gebruiken, voor de vervaardiging van het kleed, ben ik op zoek gegaan naar een materiaal dat dicht bij de Nederlandse cultuur staat. Ik vroeg mensen, verspreid over het hele land, om hun gebruikte vakantietent af te staan. Vervolgens heb ik het verworven materiaal, op de naden versneden, zodat alleen nog maar facades resteerden. Deze facades, vaak nog wel herkenbaar als tentdelen, heb ik gerangschikt in een motief. Hierbij heb ik mij laten leiden door beschrijvingen van patronen van het oorspronkelijke exemplaar (4). Mijn doel was de rijkelijk toegepaste ‘decoratie’ in het oorspronkelijke tapijt te transformeren naar het tweedehands materiaal dat de Nederlandse cultuur draagt.
Vanwege de grote afmeting van het kleed is het mogelijk je als toeschouwer letterlijk in het werk te begeven. Eenmaal binnengetreden in het werk, zal de beschouwer het kleed beginnen te ontdekken, hij begeeft zich in een ruimte waarbinnen culturele, materiële en stijlkenmerken op losse schoeven staan. Binnen de kaders van het tapijt fungeert cultuur letterlijk als bouwsteen voor cultuur. Sommige esthetische kenmerken blijken eeuwenoude patronen te zijn, facades vormen samen voortsellingen van dorpjes, en voortenten zorgen samen voor een centrale medaillon.
(1) www.deboer.com
(2) Pauline Terreehorst, uit de lezing die zij gaf in de Balie in Amsterdam in de reeks ‘Over de grens’
(3) Westerpark, Amsterdam
(4) De geschiedenis van het perzische tapijt – Essie Sakhai
Gefluisterde woorden
ERF: een gebeurtenis
door Linda Pijnacker
Rond drie uur, bijna iedere middag stond een kleine verzameling mensen bij het groene Kassahuisje van de Kunstvlaai. Zij hadden ERF opgemerkt, een performance die aan de rand van de onopvallendheid opereerde. Twee mensen die iedereen vroegen mee te gaan naar een plek even verderop.
Daar werd de plek gemarkeerd met een cirkel van witte kalk, vervolgens werd ieder de hand toegestoken en in de stilte van de cirkel ingefluisterd: ……..je ziet het niet, je hoort het niet, je waant het ver weg en toch is het zo dichtbij……in de ruimte tussen sprekende mond en luisterend oor werd het influisteren een kleine gebeurtenis: Verover de nabijheid terug, laat deze plek je midden zijn, bezie de wereld van hieruit, dan het is het jou nabij.
Linda Pijnacker en Roeland Troost
cursieve tekst: fragmenten uit gefluisterde tekst, bewerking van Peter Handke
foto’s: Sjef Honer / Patrick van Vught
Love machine
door Mia Lerssi
My goal was to create a potent image of power, love, seduction, failure and play.
For that I used a helicopter-dummy to represent power, aggression, games, manhood and the Vaseline representing glue; the juice that keeps the feminine, love, joyfully, glamorous and seductive glitter stick to the helicopter.
In my fascination for toys, I used the helicopter’s quality of being somewhere in-between serious and playful as an image of the fight between the rational mind, fighting and being defeated by our non-rational desires and emotions.
Basically I created a seductive image with my material combination and its size. I managed to seduce kids and adults to wonder, play and feel the helicopter.
Thanks to peoples interaction with the helicopter the glitter (The Love) was spread everywhere at the Kunstvlaai.
Placing the helicopter in a big open space with the concrete pavement, made it look like it had just landed or could potentially take off. The open space made the helicopter visible from many places, and therefore was an open invitation to come and see and feel.
The act of attaching the glitter on to the helicopter was not on display, but we were 5 girls rubbing Vaseline and glitter on to the helicopter; this big piece of manhood and power, and that became a very sexual act. A pleasing act that was not on display, but it definitely had a quality.
The Westerpark as exhibition space during Kunstvlaai
I thought Westerpark would change from being a public space into an exhibition space during Kunstvlaai 6. But what I saw there was different. It was a public space used as an exhibition space, but you cannot take the “public” out of the space.